Kunstwerk 3 informatie

.

Kunstwerk 3 INFORMATIE

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Moritz (863-2) - Gerhard Richter
2000
olieverf op doek
62 x 52 cm

Moritz is het babyportret van de zoon van de kunstenaar. Richter heeft er twee versies van geschilderd. De portretten vallen op door hun ontroerende intimiteit en door de virtuoze behandeling van de verf. Met deze werken laat Richter op meesterlijke wijze de kracht en betovering van de schilderkunst zien.

Voor De Pont betekenen de twee schilderijen een schitterende aanvulling op het grote Abstraktes Bild van Richter dat zich al sinds 1994 in de collectie bevindt.

Gerhard Richter (Dresden 1932) wordt beschouwd als een van de belangrijkste kunstenaars van deze tijd. Terwijl de beeldende kunst zich in de laatste decennia heeft ontwikkeld in een caleidoscopische veelheid aan ideeën, technieken en media, is Richter consequent de mogelijkheden van de schilderkunst blijven onderzoeken. De tegenstelling tussen abstract en figuratief is voor hem niet meer relevant en wordt opgeheven door de autonomie van kleur, kwaststreek en compositie. In zijn schilderijen worden deze ingrediënten van de schilderkunst zélf tot onderwerp. Bij de abstracte werken zien we zowel strakke kleurcomposities, monochrome vlakken en expressionistische kleurenmengingen. Bij de figuratieve schilderijen onderscheiden zich klassieke onderwerpen als landschap, stilleven en portret. De abstracte werken zijn soms aan de realiteit ontleend (bijvoorbeeld de uitvergrote kleurvlakken van een staalkaart uit de verfwinkel) terwijl de figuratieve voorstellingen juist sterk geabstraheerd worden weergegeven. Dit laatste doet Richter dikwijls door zijn onderwerpen ‘onscherp’ af te beelden. Hierbij strijkt hij de opgebrachte en nog natte verf in een vegende beweging over het doek uit, zodat de contouren vervagen en de kleuren zich vermengen. Het resultaat lijkt op het wazige beeld van een onscherpe foto. De relatie met de fotografie komt in het werk van Richter overigens vaker opvallend tot uitdrukking. Zo kiest hij dikwijls zijn onderwerpen naar fotografische voorbeelden. Een groot beeldarchief (Atlas) van allerlei foto’s vormt een onuitputtelijke bron van onderwerpen voor zijn schilderijen. Maar in plaats van op het realisme van de fotografische registratie moet het oog nu scherp worden gesteld op de beweging van de verf. Op deze manier komen juist in haar relatie met de fotografie de specifieke kwaliteiten van de schilderkunst centraal te staan.

De twee portretten van Moritz laten een van gezondheid blakende baby zien die aan een eettafel zit. Hij heeft een grote slab omgekregen tegen het morsen en in zijn handjes houdt hij een lepel. Hij lijkt net gegeten te hebben en kijkt ons met grote ogen aan. Het is een tafereel zoals dat waarschijnlijk op ontelbaar veel kiekjes in miljoenen fotoalbums terug te vinden is. Maar het huiselijke kiekje is hier niet alleen een liefdevol document van de kunstenaar en zijn zoon; het is een uiting van de ongelooflijke vitaliteit van de schilderkunst. Richter heeft het werk in twee versies gemaakt. Het kleinste doek is meer realistisch, het grotere is veel minder uitgewerkt en daardoor abstracter. Bij beide werken valt op hoe mooi en effectief de verfbehandeling is; in de fluweelzachte babyhuid, in de licht-donker verhoudingen, in de stofuitdrukking en het glinstereffect van de lepel, maar vooral in de verwonderde blik en de grote ogen van het kind. Een blik die misschien nog wel het meest doet denken aan die van het Meisje met de parel van Johannes Vermeer. De lichte schrik die uit deze ogen spreekt, spiegelt wellicht onze eigen verbazing tegenover deze twee kleine meesterwerken. (Info: Museum de Pont)